Auteursarchief: Esposos Misioneros

Commentaire voor huwelijken: Johannes 6, 60-69

EVANGELIE

Naar wie zullen we gaan? Jij hebt de woorden van het eeuwige leven.

Llezing uit het Heilige Evangelie volgens Johannes 6, 60-69

 

In die dagen zeiden velen van de leerlin­gen van Jezus: ‘Deze taal stuit iemand tegen de borst. Wie kan daar naar luisteren?’
Maar Jezus, die uit zichzelf wist dat zijn leerlingen daarover morden, vroeg hun: ‘Neemt gij daar aanstoot aan?
Als gij dan de Mensenzoon ziet opstijgen naar waar Hij vroeger was…?
Het is de geest die levend maakt, het vlees is van geen nut. De woorden die Ik tot u gesproken heb, zijn geest en leven.
Maar er zijn er onder u, die geen geloof hebben.’ ‑ Jezus wist inder­daad van het begin af aan wie het waren die niet geloofden en wie Hem zouden overleveren ‑.
Hij voegde er een toe: ‘Daarom heb Ik u gezegd, dat niemand tot Mij kan komen, als het hem niet door de Vader gegeven is.’
Tengevolge hiervan trokken velen van zijn leerlingen zich terug en verlieten zijn gezelschap.
Waarop Jezus aan de twaalf vroeg: ‘Wilt ook gij soms weggaan?’
Simon Petrus antwoordde Hem: ‘Heer, naar wie zouden wij gaan? Uw woorden zijn woorden van eeuwig leven
en wij geloven en weten dat Gij de Heilige Gods zijt.’
 
Woord van de Heer.

Zodat ik niet terugkrabbel.

De liefde die Jezus mij toont is veeleisend en het huwelijk is het volgen van Jezus de Bruidegom. Om dat te doen, moet ik bereid zijn om alles op het spel te zetten. Maar als ik mijn verbintenis niet zie als Gods belofte van eeuwig leven in Christus, maar als onze eigen belofte, kan ik in de verleiding komen om de handdoek in de ring te gooien.
Christus openbaart de mens aan de mens zelf, zoals Johannes Paulus II zei. Als we het lijdensverhaal van Christus zien als het prototype van onze echtelijke zelfgave, lijkt het ons iets onbereikbaars en zeker niet erg smakelijks. Jezus vraagt me vandaag: “Doet dit je aarzelen? Zijn zelfgave voor de redding van de wereld zal nutteloos worden voor hen die het afwijzen, die het geschenk afwijzen.
Maar ik vertrouw op Hem en ik weet, ik heb de zekerheid, dat als Hij mij zendt, dat is omdat het mogelijk is.


Geland in het getrouwde leven:

Paco: We zijn allebei erg trots. Het lijkt erop dat we nooit nederig genoeg zullen zijn om een huwelijk op te bouwen zoals God dat wil.
Echtpaar tutor: Wat maakt jullie anders dan andere stellen?
Paco: Nou, wat ons leven heeft veranderd sinds ons gesprek is dat we door het geloof weten dat het mogelijk is om te leven naar het beeld van Christus’ liefde voor de Kerk, voordat we sterven, omdat het project van getrouwde liefde duurt “tot de dood ons scheidt”.
Daarom zal Hij onze vereniging mogelijk maken in dit leven, voordat we het volgende bereiken. Onze ideeën van vlees hebben geen nut, het is “de Geest die leven geeft”.
Echtpaar tutor: Goed! Dat is geloof!


Heer,

Wij geloven: Heer, U hebt de woorden van het eeuwige leven, woorden die we, als we er samen als getrouwd stel naar kijken, echt beleven en ervaren in ons leven.
Hoe zullen we de Heer terugbetalen voor al het goede dat Hij voor ons heeft gedaan? We zullen de beker van verlossing heffen door Zijn naam aan te roepen.

Het dwingt me om van je te houden. Commentaar voor huwelijken: Matteüs 22,34-40.

EVANGELIE

Gij zult de Heer, uw God, liefhebben en uw naaste als uzelf.

Uit het heilig Evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Matteüs 22,34-40. 
In die tijd toen de Farizeeën vernamen dat Jezus de Sadduceeen de mond gesnoerd had, kwamen zij bijeen
en een van hen, een wetgeleerde, vroeg Hem om Hem op de proef te stellen:
‘Meester, wat is het voor­naamste gebod in de Wet?’
Hij ant­woordde hem: ‘Gij zult de Heer uw God beminnen met geheel uw hart, geheel uw ziel en geheel uw verstand.
Dit is het voornaam­ste en eerste gebod.
Het tweede, daarmee gelijkwaar­dig: Gij zult uw naaste beminnen als uzelf.
Aan deze twee geboden hangt heel de Wet en de Profeten.’
Woord van de Heer.


Hij dwingt me om van je te houden.

We zijn niet alleen geschapen zoals God, maar alles wat we zijn is door God verklaard. Zelfs in de geboden is er deze gelijkenis: “Het tweede is zoals de eerste”. In feite is het onmogelijk om God te beminnen zonder onze naaste ook te beminnen, en omgekeerd.
En onze naaste is natuurlijk onze echtgenoot of echtgenote. Wie zegt dat hij God liefheeft en niet van zijn partner houdt, liegt. God liefhebben met heel mijn hart, met heel mijn ziel en met heel mijn wezen is hetzelfde als mijn man liefhebben als mijzelf. En dit zijn de twee belangrijkste geboden. Moge ik ze nooit vergeten…

Geland in het getrouwde leven:

Frans: Ik begrijp niet waarom je meer van God houdt dan van mij.
Ana: Nou, doordat ik meer van God houd, kan ik meer van jou houden.
Frans: ik begrijp het nog steeds niet.
Ana: God bevrijdt me van mijn ondeugden, van mijn zonden, hij bevrijdt me om beter in staat te zijn mezelf aan jou te geven. Weet je nog dat ik verslaafd raakte aan soapseries? Dan klaagde je dat ik niet bij je was op zaterdagmiddag. Wel, God heeft me geleerd dat het belangrijker is dat ik de kans gebruik om elke zaterdag samen met jou door te brengen, jij en ik. Wat denk jij?
Frans: In die zin is het prima.
Ana: Op dezelfde manier neemt Hij mijn egoïsme weg, richt Hij mijn verlangens op onze vereniging… In feite duwt Hij mij om meer van jou te houden.
Frans: Nou… Ik vind het al leuker dat je van God houdt. Ik zal je moeten vragen om mij te leren van Hem te houden.
Ana: Frans, wat ben je heerlijk! Ik moet van je houden… Ik eet je niet op omdat ik dan zonder man zou zitten.

Heer,

Dat ik door het verwelkomen van mijn echtgenoot en mijn gezin, U mag verwelkomen, dat ik door mezelf aan hen te geven, mezelf aan U mag geven. Dat ik U mag liefhebben door van hen te houden. Moeder van echtgenoten, bid voor ons. Amen.

Op weg naar het banket. Commentaar voor huwelijk :Matteüs 22, 1-14

EVANGELIE 

Roep zovelen als u ontmoet op tot het bruiloftsmaal

Een lezing uit het Heilige Evangelie volgens Matteüs 22, 1-14

In die tijd nam Jezus het woord en sprak tot de hogepriester en de oudsten van het volk in  gelijkenissen. Hij zei:

‘Het Rijk der hemelen gelijkt op een koning die een bruiloftsfeest gaf voor zijn zoon.

Hij stuurde zijn dienaars uit om allen te roepen die hij tot de bruiloft had uitgenodigd, maar zij wilden niet komen.

Daarop zond hij andere dienaars met de opdracht: Zegt aan de genodig­den: Zie ik heb mijn maaltijd klaar, mijn ossen en het gemeste vee zijn geslacht; alles staat gereed. Komt dus naar de bruiloft.

Maar zonder er zich om te bekommeren, gingen zij weg, de een naar zijn akker, de ander naar zijn zaken.

De overigen grepen zijn dienaars vast, mishan­delden en doodden hen.

Nu ontstak de koning in toorn, stuurde zijn troepen en liet de moordenaars ombren­gen en hun stad in brand steken.

Toen sprak hij tot zijn dienaars: Het bruiloftsmaal staat klaar, maar de genodigden waren het niet waard.

Gaat dus naar de drukke ver­keerswegen en nodigt wie ge er maar vindt tot de bruiloft.

Zijn dienaars gingen naar de wegen en brachten allen mee die zij er aantroffen, slechten zowel als goeden, en de brui­loftszaal liep vol met gasten.

Toen de koning binnen­kwam om de aanlig­genden te bezoeken, merkte hij daar iemand op die niet voor een bruiloft gekleed was.

En hij sprak tot hem: Vriend, hoe zijt gij hier binnengeko­men zonder bruilofts­kleed? Maar de man bleef het antwoord schuldig.

Toen sprak de koning tot de bedienden: Bindt hem aan handen en voeten en werpt hem buiten in de duisternis. Daar zal geween zijn en tandengeknars.

Velen zijn geroepen maar weinigen uitverko­ren.’

Woord van de Heer.


Op weg naar het banket.

De verloving van de Zoon van God heeft al plaatsgevonden en jij en ik zijn uitgenodigd voor het bruiloftsmaal dat aan de hemelse tafel gevierd zal worden. Gaan we mee?

Heer, om daar te komen moet ik eerst dezelfde weg volgen als U, totdat ik mezelf helemaal aan mijn bruid kan geven. Ik zou andere wegen kunnen kiezen, andere manieren om het huwelijk te beleven, maar ik zou nooit bij Uw grote banket aankomen, omdat ik niet voorbereid zou zijn om aanwezig te zijn gekleed in het juiste gewaad: echtelijke liefde.

Geland in het getrouwde leven:

Frans: Soms heb ik het gevoel dat God constant over me waakt. Er gebeuren dingen met me die geen toeval kunnen zijn, het lijkt alsof Hij tot me spreekt in gebeurtenissen… of in het Evangelie.

Rachel: En wat doe je eraan?

Frans: Ik weet niet wat ik moet doen.

Rachel: Je moet het uitzoeken, de Heer roept je tot iets groots.

Frans: Wat moet ik eraan doen?

Rachel: Laten we samen dicht bij Hem komen, laten we ons aan Hem toewijden, laten we ons leven in Zijn handen leggen, laten we alles accepteren als komend van Hem….

(Frans verzette zich, maar deed het uiteindelijk toch)

Frans: Nu begrijp ik alles. Ik was dood in het leven en door mijn ziel te voeden heb ik de schoonheid van onze roeping, van mijn leven ontdekt. Nu vind ik betekenis in bijna alles wat er gebeurt.

Rachel: De Heer stelt nooit teleur. En je moet betere dingen zien…

Moeder,

Ik begrijp de pijn van Uw Hart, wanneer U voor ons een onuitputtelijk banket hebt bereid en wij ons niet inspannen om gehoor te geven aan de oproep van de Heer tot heiligheid, uit luiheid of vanwege duizend excuses die we kunnen bedenken. We weten dat God groot is en dat ons iets groots te wachten staat. We willen het niet missen. Prijs de Heer. Amen.

Laatste trein. Commentaar voor huwelijken: Matteüs 20, 1-16

EVANGELIE


Ben je jaloers omdat ik goed ben?

Uit het heilig Evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Matteüs 20,1-16a. 

In die tijd verhaalde Jezus de volgende gelijkenis: Met het Rijk der hemelen is het als met een landeige­naar die vroeg in de morgen uitging om arbeiders te huren voor zijn wijngaard.
Hij werd het met de arbeiders eens voor een denarie per dag en stuurde ze naar zijn wijn­gaard.
Rond het derde uur ging hij er weer op uit en zag nog anderen werkloos op de markt staan
tot wie hij zei: Gaat ook naar mijn wijngaard en ik zal u geven wat billijk is.
En zij gingen.
Rond het elfde uur ging hij opnieuw uit en vond er weer anderen staan. Hij zei tot hen: Wat staat ge heel de dag werkloos?
Ze antwoordden hem: Niemand heeft ons gehuurd. Daarop zei hij tot hen: Gaat ook gij naar mijn wijngaard.
Bij het vallen van de avond sprak de eigenaar van de wijngaard tot zijn rentmeester: Roep de arbeiders en betaal hun uit, te beginnen met de laatsten en zo tot de eersten.
Toen de arbeiders van het elfde uur kwamen, kregen zij elk een denarie;
toen nu ook de eersten kwamen, meenden dezen dat zij meer zouden krijgen, maar ook zij kregen ieder de overeen­gekomen denarie.
Ze namen hem wel aan, maar begonnen tegen de landeigenaar te morren
en zeiden: Dezen hier, die het laatst gekomen zijn, hebben maar een uur gewerkt en gij stelt ze gelijk met ons die de last van de dag en de brandende hitte hebben gedragen.
Maar hij antwoord­de een van hen: Vriend, ik doe u toch geen onrecht? Zijt gij niet met mij overeen­gekomen voor een denarie?
Neem wat u toekomt en ga heen.
Mag ik soms met het mijne niet doen wat ik verkies of zijt ge kwaad, omdat ik goed ben?
Zo zullen de laatsten de eersten en de eersten de laatsten zijn.’
Woord van de Heer.


Laatste trein.

Dit evangelie wekt verre van afgunst in ons op, maar geeft ons een wonderbaarlijke hoop telkens als we denken aan die kinderen die verloren zijn, die familieleden en vrienden die niets met de Heer te maken willen hebben, al die echtgenoten die hun echtgenoten in de steek hebben gelaten en met andere stellen samenwonen en de grootsheid, schoonheid en heiligheid van het sacramentele huwelijk missen.
We bidden voor hen allemaal dat ze, in dat laatste moment van goddelijke barmhartigheid, de roep van de Heer mogen aanvaarden en dezelfde beloning mogen ontvangen als degenen die hun hele leven trouw zijn geweest, want God is goed en vrij om te doen wat Hij wil met zijn zaken. Het is waar dat we de nauwe poort hebben gekozen, maar het is ook waar dat we de genaden van de Heer hebben geproefd en dat is onbetaalbaar.

Geland op het huwelijksleven:

Elena: Ik maak me zorgen over al die getrouwde stellen die de genade van hun sacrament niet aanvaarden en er zo nutteloos voor lijden…. Want als het een vruchtbaar lijden zou zijn, dan loof ik de Heer, maar lijden omdat je Gods liefde niet accepteert is verschrikkelijk.

Paco: Dat klopt. Ik sta zeker niet stil, zelfs niet als ik churritos voor hen moet kopen en naar een vreemde moet gaan, zoals we wel eens gedaan hebben.
Elena: Ja, maar ondanks alles zijn er zoveel die nee zeggen en uiteindelijk uit elkaar gaan?
Paco: Van tijd tot tijd heeft het Conjugal Love Project voorgesteld om online catechese te geven voor echtgenoten die hun echtgenoot verlaten hebben of verlaten zijn, maar die hun begrip van de waarheid van het Huwelijk willen verdiepen. Laten we eens kijken of een van de echtparen in het Project het initiatief zal nemen en het zal starten. Per slot van rekening hebben ze allemaal nog een huwelijksband en Onze Lieve Vrouw geeft geen van hen voor verloren op.
Elena: We zullen hiervoor bidden, zodat sommige echtparen aangemoedigd zullen worden om deze catechese te geven.
Paco: Een rozenkrans?
Elena: Kom op!

Moeder,

U wilt niet dat iemand van hen verloren gaat, ook al nemen ze de laatste wagon van de laatste trein van hoop. Wij ook niet en we stellen ons tot Uw dienst voor alles wat gedaan moet worden. De Glorie van God is dat allen mogen leven. Hem zij lof voor altijd.

Eisen voor dankbaarheid. Commentaar voor huwelijken: Matteüs 19,23-30.

EVANGELIE

Het is gemakkelijker voor een kameel om door het oog van een naald te gaan dan voor een rijke om het koninkrijk van de hemel binnen te gaan.

Uit het heilig Evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Matteüs 19,23-30. 

In die tijd zei Jezus tot zijn leerlingen: ‘Voorwaar, Ik zeg u: voor een rijke is het moeilijk het Rijk der hemelen binnen te gaan.
Nog sterker: voor een kameel is het gemak­kelijker door het oog van een naald te gaan dan voor een rijke in het Koninkrijk Gods te komen.’
Toen de leerlingen dit hoorden, stonden zij verbijs­terd en vroegen: ‘Wie kan er nu eigenlijk gered worden?’
Jezus keek hen aan en zei: ‘Dit ligt niet in de macht der mensen, maar voor God is alles mogelijk.’
Waarop Petrus zeide: ‘Zie, wij hebben alles prijsgegeven om U te volgen. Wat zullen wij dus krijgen?’
Jezus sprak tot hen: ‘Voorwaar, Ik zeg u: bij de wedergeboorte, wanneer de Mensenzoon zal gezeten zijn op de troon van zijn heerlijk­heid, zult ook gij die Mij gevolgd zijt, gezeten zijn op twaalf tronen en heersen over de twaalf stammen van Israël.
En ieder die zijn huis, broers of zusters, vader of moeder, vrouw, kinderen of akkers heeft prijsgegeven om mijn Naam, zal het honderd­voudig terugkrijgen en eeuwig leven ontvangen.
Veel eersten zullen laatsten en veel laatsten zullen eersten zijn.
 
Woord van de Heer.


Eisen voor dankbaarheid.

Als ik mezelf boven anderen probeer te plaatsen, hetzij door rijkdom, hetzij door machtsmisbruik, dan merk ik dat God de machtigen van de troon haalt en de nederigen verheft tot de troon van de heerlijkheid.
Bijvoorbeeld, die machtsstrijd in het huwelijk, die trots om meer te controleren of om gelijk te hebben, die eisen die ertoe leiden dat ik machtig probeer te worden op aarde en laatste in de hemel (als ik daar ooit kom). Dus hoe doe ik dat? Ik moet die houding vervangen door een houding waarin ik de ander waardeer als een geschenk van God dat ik niet genoeg verdien. Verander eisen in dankbaarheid.
Wat verwacht God van mij? Dat ik mezelf erken als onbekwaam en smeek om Zijn Genade, Zijn Vaderlijke Liefde erken in alles wat Hij me geeft, vooral in mijn roeping.


Geland in het getrouwde leven:


Carlos: Vergeef me, Sofía. Ik moet toegeven dat ik niet wist hoe ik je genoeg moest waarderen. Jij bent de enige persoon in mijn leven die alles voor me heeft opgegeven. Je hebt je plezier als alleenstaande vrouw opgegeven om jezelf aan mij te geven. Je hebt elke andere man opgegeven, ook al was hij rijker, knapper of mooier. Je maakte van mij je prioriteit tegenover je ouders. Je had geen tijd meer om naar tijdschriften of modewinkels te kijken, want je was met me aan het bidden, met me aan het praten of voor onze kinderen aan het zorgen. Je wilde ja zeggen tegen de Heer in je liefde voor mij. En jij, lieve Sofia, hebt me het kostbaarste in de wereld voor jou gegeven: Jezelf. Daarom ben jij nu het kostbaarste in de wereld voor mij. Voor dit alles weet ik hoeveel je van me houdt. Dank je, Sofía.
Sofía: Ik, Carlos, moet je ook om vergeving vragen, want ik heb het geschenk dat God me via jou heeft gegeven niet voldoende kunnen waarderen. Hoeveel biertjes met vrienden heb je opgegeven, hoeveel spelletjes, hoeveel uren vrije tijd voor je werk, hoeveel hobby’s heb je opgegeven, hoeveel van je ideeën heb je ook veranderd uit liefde voor mij. Je bent mijn man geworden en dat is onbetaalbaar. Dank je wel, Carlos. Voor dit alles weet ik hoeveel je van me houdt.
Carlos en Sofia’s kinderen: Dank je wel pap, dank je wel mam. Wat een prachtig voorbeeld van getrouwd zijn hebben jullie ons gegeven. Deze dag waarop jullie je 40-jarig jubileum vieren, zal voor altijd in onze harten gegrift blijven… omdat jullie ons met jullie leven de weg van de liefde hebben getoond.

Moeder,

Diep van binnen is het zo gemakkelijk en tegelijkertijd zo moeilijk als de liefde voor God boven alles stellen, en in mijn roeping vertaalt zich dat in het liefhebben van mijn man en als vrucht van die liefde, onze kinderen. Voor mij is het onmogelijk, maar niet voor God, en Hij heeft mijn jawoord.