Categoriearchief: Sin categoría

Vinger tegen gereedschap. Commentaar voor huwelijken: Lucas 11, 15-26

Als ik demonen uitdrijf met de vinger van God, dan is het koninkrijk van God over jullie gekomen.
Een lezing uit het Heilige Evangelie volgens Lucas 11, 15-26

Toen Jezus eens een duivel had uitgedreven zeiden enkelen: ‘Door Beëlzebul, de vorst der duivels, drijft Hij de duivels uit.’
Anderen, om Hem op de proef te stellen, verlangen van Hem een teken uit de hemel.
Maar Hij kende hun gedachten en sprak tot hen: ‘Elk rijk dat innerlijk verdeeld is, vervalt tot een woeste­nij, het ene huis valt op het andere.
Als nu ook de satan met zichzelf in strijd is, hoe kan zijn rijk dan standhouden? Ge zegt immers, dat ik door Beelzebul de duivels uitdrijf.
Als Ik door Beëlzebul de duivels uitdrijf, door wie drijven uw zonen ze dan uit? Daarom zullen zij uw rechters zijn.
Maar als ik door de vinger Gods de duivels uitdrijf, dan is inderdaad het Rijk Gods tot u gekomen.
Wanneer een sterke, welbewapend, zijn huis en hof bewaakt, is zijn bezit veilig.
Komt er echter iemand die sterker is dan hij en die hem overwint, dan rooft deze zijn volle uitrusting, waarop hij zijn vertrouwen stelde, en verdeelt wat hij bezit als buit.
Wie niet met Mij is, is tegen Mij, en wie niet met Mij bijeenbrengt, drijft uiteen.
Wanneer de onreine geest een mens verlaat, gaat hij rondzwerven in dorre streken op zoek naar rust. Vindt hij die niet, dan zegt hij: Ik keer terug naar mijn huis, dat ik verlaten heb.
Bij zijn komst vind hij het schoonge­maakt en op orde.
Dan gaat hij zeven andere geesten erbij halen, nog slechter dan hijzelf; ze trekken erin en gaan daar wonen. Het laatste is voor die mens nog erger dan het eerste.’
Woord van de Heer.

Vinger tegen gereedschap.

De duivel vertrouwt op zijn gereedschap, dat voornamelijk verleidingen zijn, maar hij schept ook verwarring onder echtgenoten, complicaties waarmee hij ons probeert te verzwakken, sociale druk om ons heen, mode…
Maar wees gerust. De heerschappij van God is gekomen en de vinger van God is sterker en zal al het gereedschap van de fiaba wegnemen.

Toegepast op het getrouwde leven:

Luisa: Er is geen gemeenschap tussen ons, omdat er zoveel tegenwerking is. Als ik iets zeg, zeg jij het tegenovergestelde. Wanneer komen we tot een eenheid van wil?
Carlos: Ik weet het niet, ik zou de dingen graag zien zoals jij ze ziet, maar als ik ze niet zie, zal ik dan mijn mond houden? Of is het beter als ik mijn mening geef voor het geval het ons helpt in ons onderscheidingsvermogen? Ik geloof dat God deze verschillende visies heeft en uit de vereniging van de twee moet Zijn wil voortkomen.
Luisa: Je hebt gelijk. Ik geloof dat wat God wil is dat we allebei bereid zijn om onze wil op te geven, zodat Hij elke verleiding kan overwinnen die de boze op ons legt om ons te verdelen.
Carlos: Helemaal mee eens. Ik vind het geweldig dat je het zo ziet. Deze keer staan we tenminste niet tegenover elkaar, toch? Jajaja
Luisa: Deze keer niet, haha.

Moeder,

Mogen we Gods gereedschap onder ons gebruiken om de duivel en zijn gereedschap te overwinnen. Prijs God die regeert met Zijn machtige vinger.

In meer of mindere mate. Commentaar voor huwelijken: Lucas 11, 5-13

Vraag en het zal je gegeven worden.
Een lezing uit het Heilige Evangelie volgens Lucas 11, 5-13

In die tijd zei Jezus tot zijn leerlingen: ‘Stel, iemand van u heeft een vriend. Midden in de nacht gaat hij naar hem toe en zegt: Vriend, leen mij drie broden,
want een vriend van mij is van een reis bij mij aangekomen en ik heb niets om hem voor te zetten.
Zou die ander van binnen uit dan antwoorden: ‘Val me niet lastig, de deur is al op slot en mijn kinderen en ik liggen in bed; ik kan niet opstaan om het je te geven?
Ik zeg u: als hij al niet opstaat en het hem geeft omdat hij zijn vriend is, zal hij toch opstaan en hem geven al wat hij nodig heeft, om zijn onbescheiden aandringen.
Tot u zeg Ik hetzelfde: Vraagt en u zal gegeven worden; zoekt en gij zult vinden; klopt en er zal worden opengedaan.
Want al wie vraagt, verkrijgt; wie zoekt, vindt; en voor wie klopt, wordt opengedaan.
Is er soms onder u een vader die aan zijn zoon een steen zal geven, als deze hem om brood vraagt? Of als hij om vis vraagt, zal hij hem toch in plaats van vis geen slang geven?
Of als hij een ei vraagt, zal hij hem toch geen schorpioen geven?
Als gij dus, ofschoon ge slecht zijt, goede gaven aan uw kinderen weet te geven, hoeveel te meer zal dan uw Vader in de hemel de heilige Geest geven aan wie Hem erom vragen.’
Woord van de Heer.

In meer of mindere mate.

We kunnen de Heilige Geest in meer of mindere mate ontvangen. Het hangt af van ons geestelijke proces, het hangt af van onze bereidheid om Hem in ons te ontvangen. Op een bepaalde manier neemt de Geest bezit van onze ziel in de mate waarin we Hem vragen en “ruimte” voor Hem laten.
Eerst verlicht Hij ons begrip door naastenliefde, dan neemt Hij bezit van onze wil, die door standvastigheid wordt omgezet in gerechtigheid. Onze affectieve laag wordt gevuld met hoop door voorzichtigheid en onze gevoelige lagen worden aangepast aan de visie van geloof door matigheid.
Uiteindelijk kijken we door het geloof, voelen we door de hoop en handelen we door de naastenliefde. Al in de hemel komt het zaligmakende visioen van God, dat alles volledig in Hem verlicht en transformeert.

Toegepast op het getrouwde leven:

Lucas: Ervaar je steeds meer de aanwezigheid van de Heilige Geest in jou?

Laura: Helemaal. Ten eerste vanwege het licht dat Hij ons geeft in onze kennis van de Heer, ten tweede omdat ik een transformatie in ons zie. Ten derde omdat ik zie hoe Hij door ons heen in anderen handelt en bovenal omdat we steeds meer van de Heer houden en steeds meer van elkaar.


Lucas: Ja, we merken hem op, en ik had de indruk dat ik zijn aanwezigheid helemaal niet opmerkte. Vergeef me, Heilige Geest, dat ik niet meer aandacht heb voor Uw handelen in ons.

Moeder,

Zend ons de Heilige Geest en help ons onze zielen voor te bereiden om Hem te ontvangen. Prijs Hem voor altijd.

Zoals een deel van jou. Commentaar voor huwelijken:Lucas 11, 1-4

Heer, leer ons bidden.
Een lezing uit het Heilige Evangelie volgens Lucas 11, 1-4

Op een keer was Jezus ergens aan het bidden. Toen Hij ophield, zei een van zijn leerlingen tot Hem: ‘Heer, leer ons bidden, zoals Johannes het ook aan zijn leerlingen geleerd heeft.’
Hij sprak tot hen: ‘Wanneer ge bidt, zegt dan: Vader, Uw Naam worde geheiligd, Uw Rijk kome.
Geef ons iedere dag ons dagelijks brood,
en vergeef ons onze zonden, want ook wijzelf vergeven aan ieder die ons iets schuldig is, En leid ons niet in bekoring.’
Woord van de Heer.

Zoals een deel van jou.

We hebben een erg “individualistische” kijk op gebed, terwijl gebed altijd gemeenschappelijk is. We lijken ons persoonlijk tot de Vader of de Zoon of de Heilige Geest te richten. De realiteit is dat alles aan ons gegeven wordt door de Vader door de Zoon in de Heilige Geest, en dat al onze gebeden tot de Vader komen door de Zoon in de Heilige Geest. Ons gebed als het Lichaam van Christus, als de Kerk is verenigd met het gebed van Christus tot de Vader en wordt mogelijk gemaakt door de werking van de Heilige Geest in ons.
Nu zijn er mensen die het echtelijk gebed niet begrijpen, omdat ze het als iets individueels beschouwen. Maar wij vragen ons af, is het mogelijk voor een man en vrouw om als één te bidden zonder rekening te houden met het feit dat we echtgenoten zijn? Bovendien, is het mogelijk om te bidden zonder ons gebed te beschouwen als deel van het gebed van de Kerk als Bruid die zich verenigt met de Bruidegom om de Vader te verheerlijken?
Ik mag dan lichamelijk alleen zijn, maar kan er zoiets bestaan als geestelijk individualisme? Onze eindbestemming is de gemeenschap van heiligen. Laten we ons in die richting bewegen.

Toegepast op het huwelijksleven:

Alfonso: Als ik voor de Heer kom in gebed, lukt het me niet mezelf te presenteren zonder rekening te houden met jou, zonder er rekening mee te houden dat we één zijn. Zelfs als je niet aan mijn zijde bent, net zoals ik Jezus niet afwezig kan laten zijn als ik met Maria spreek of de Heilige Geest als ik met de Vader spreek.
Carmen: Ik hou van het bewustzijn van onze roeping dat de Geest je heeft gegeven door op deze manier de echtelijke spiritualiteit te beleven. Dat is iets wat ik moet leren. Ik vind het moeilijk om contemplatief gebed te leven door mezelf als deel van jou te ervaren.

Moeder,

Wij sluiten ons aan bij Uw Zoon in het priesterlijk gebed wanneer Hij de Vader vraagt dat wij één mogen zijn zoals U één bent. Lof zij de Drie-enige God.

Eerst “zijn” dan doen. Commentaar voor huwelijken: Lucas 10, 38-42uwelijken: Lucas 10, 38-42

Martha ontving hem in haar huis. Maria koos het betere deel.
Lezing uit het Heilige Evangelie volgens Lucas 10, 38-42

In die tijd kwam Jezus in een dorp, waar een vrouw die Marta heette, Hem in haar woning ontving.
Ze had een zuster, Maria, die gezeten aan de voeten van de Heer, luisterde naar zijn woorden.
Marta werd in beslag genomen door de drukte van het bedienen, maar ze kwam er een ogenblik bij staan en zei: ‘Heer, laat het U onver­schillig, dat mijn zuster mij alleen laat bedie­nen? Zeg haar dan dat ze mij moet helpen.’
De Heer gaf haar ten antwoord: ‘Marta, Marta, wat maak je je bezorgd en druk over veel dingen.
Slechts een ding is nodig. Maria heeft het beste deel gekozen, en het zal haar niet ontnomen worden.’

Woord van de Heer.

Eerst “zijn” dan doen.

Hoe graag we het ook willen, wat we de Heer kunnen geven is niet te vergelijken met wat Hij ons kan geven. Sterker nog, Hij is meer tevreden met het feit dat we het voedsel dat Hij ons geeft, aannemen dan met alles wat we voor Hem kunnen doen. Daarom hebben we deze stelregel: “Zijn om te doen”. In de mate dat we eucharistische echtgenoten “zijn”, kunnen we missionaire echtgenoten zijn en zo dragers van Zijn Woord voor de heiliging van vele echtgenoten die met veel dingen bezig zijn, maar verloren als schapen zonder herder.

 

Toegepast op het getrouwde leven:

Carlos: Ik heb zoveel te doen, ik heb geen tijd om te bidden en als ik bid, word ik erg afgeleid door wat ik nog moet doen.

Mercedes: Je hebt geen tijd voor God en je hebt ook geen tijd voor mij. Dat gebeurt er als we ons bezighouden met de dingen van de wereld, die ijdelheid der ijdelheden zijn. Uiteindelijk maakt hoogmoed zich van ons meester omdat we denken dat we onmisbaar zijn, maar de realiteit is dat als we sterven de wereld doorgaat alsof er niets gebeurd is.

Carlos: Ik begrijp wat je zegt en ik denk dat je gelijk hebt, maar hoe stop ik deze wervelwind van een leven dat ik leid?


Mercedes: Je werk is belangrijk, maar ik stel voor dat je voor jezelf een tijdschema opstelt en dat je daar onbuigzaam in bent, want de rest van de tijd heb je nodig voor het enige wat je nodig hebt. Zo noemt de Heer die tijd met Hem en met mij: het enige wat nodig is.

 

Moeder,

We ervaren steeds meer dat de Heer het enige is wat nodig is. Al het andere zal volgen. Alle lof voor de Heer die zich zonder maat aan ons geeft.


Echtelijke genade. Commentaar voor huwelijken: Lucas 10, 25-37

Wie is mijn naaste?
Een lezing uit het Heilige Evangelie volgens Lucas 10, 25-37

In die tijd trad een wetgeleer­de naar voren om Jezus op de proef te stellen. 
Hij zei: ‘Meester, wat moet ik doen om het eeuwig leven te verwer­ven?’
Hij sprak tot hem: ‘Wat staat er geschreven in de Wet? Wat leest ge daar?’
Hij gaf ten antwoord: ‘Gij zult de Heer uw God beminnen met geheel uw hart en geheel uw ziel, met al uw krachten en geheel uw verstand; en uw naaste gelijk uzelf.’
Jezus zei: ‘Uw antwoord is juist, doe dat en ge zult leven.’
Maar omdat hij zijn vraag wilde verantwoor­den, sprak hij tot Jezus: ‘En wie is dan mijn naaste?’
Nu nam Jezus weer het woord en zei: ‘Eens viel iemand, die op weg was van Jeruzalem naar Jericho, in de handen van rovers. Ze plunderden en mishandelden hem en toen ze aftrokken, lieten ze hem half dood liggen.
Bij toeval kwam er juist een priester langs die weg; hij zag hem wel, maar liep in een boog om hem heen.
Zo deed ook een leviet; hij kwam daar langs, zag hem, maar liep in een boog om hem heen.
Toen kwam een Samaritaan die op reis was, bij hem; hij zag hem en kreeg medelijden;
hij trad op hem toe, goot olie en wijn op zijn wonden en verbond ze; daarna tilde hij hem op zijn eigen rijdier, bracht hem naar een herberg en zorgde voor hem.
De volgende morgen haalde hij twee denarien te voorschijn, gaf ze aan de waard en zei: Zorg goed voor hem, en wat ge meer mocht besteden, zal ik u bij mijn terugkomst vergoede.
Wie van deze drie lijkt u de naaste van de man die in handen van de rovers gevallen is?’
Hij antwoordde: ‘Die hem barmhartigheid betoond heeft.’ En Jezus sprak: ‘Ga dan en doet gij evenzo.’

Woord van de Heer.

 

Echtelijke genade.

Barmhartigheid eindigt wanneer je echtgenoot geen noden meer heeft. Zolang hij verslagen is door het leven, door verleidingen, heeft hij me nodig. En wat moet ik hem geven? Advies? Nee. Ik moet hem alles geven wat hem helpt om er weer bovenop te komen. Misschien genegenheid, misschien een woord van bemoediging, of misschien mezelf aanbieden aan de Heer voor haar.

 

Toegepast op het getrouwde leven:

Johan: Vandaag werd mijn vrouw nerveus wakker omdat ze zegt dat er dingen zijn die niet goed gaan tussen ons. Ik probeerde haar te bemoedigen, maar ik zag dat dit niet de manier was. Ik maakte ontbijt voor haar klaar en deed het huishouden, maar dat kalmeerde haar niet. Heer, ik bied mezelf aan voor haar. Geef haar rust en geef mij haar nervositeit. Ik zal proberen te erkennen wat ze zegt, ook al zie of begrijp ik het niet. Eens kijken of dat haar helpt.

 

Moeder,

Toon ons de weg van barmhartige Liefde tussen echtgenoten. Dank U, gezegende Moeder.