Het is niet van mij. Commentaar op huwelijken: Matteüs 14, 13-21

EVANGELIE

Hij richtte zijn blik naar de hemel, sprak de zegen uit en gaf de broden aan de discipelen; De discipelen gaven ze aan het volk
Lezing van het heilig Evangelie volgens Matteüs 14, 13-21

Toen Jezus op dat moment hoorde van de dood van Johannes de Doper, vertrok hij daar per boot, alleen, naar een verlaten plaats. 

Maar het gerucht hiervan drong tot het volk door en het ging Hem te voet uit hun steden achterna.
Toen hij bij zijn landing dan ook een grote menigte zag, kreeg Hij diep medelijden met hen en Hij genas hun zieken.
Tegen het vallen van de avond kwamen zijn leerlin­gen naar Hem toe en zeiden: ‘Deze plek is eenzaam en het is al laat op de dag. Stuur dus het volk weg om in de dorpen eten te gaan kopen.’
‘Het is niet nodig dat zij weggaan,’ zei Jezus hun, ‘geeft gij hun maar te eten.’
Doch zij antwoord­den: ‘Wij hebben hier niet meer dan vijf broden en twee vissen.’
Waarop Jezus sprak: ‘Brengt die dan hier.’
En hij gaf opdracht dat het volk zich zou neerzetten op het gras. Hij nam de vijf broden en de twee vissen, sloeg de ogen ten hemel, en nadat Hij de zegen had uitgesproken, brak Hij de broden die Hij aan zijn leerlingen gaf en de leerlingen gaven ze weer aan het volk.
Al­len aten tot ze verza­digd waren en aan overgebleven brokken haalde men nog twaalf volle korven op.
Het waren ongeveer vijfduizend mensen die hadden gegeten, vrouwen en kinderen niet meegerekend.

Het woord van de Heer.

Het is niet van mij.

En ik vraag me af: zouden degenen die die vijf broden en twee vissen neerleggen trots zijn? Uiteraard niet, omdat ze duidelijk zouden zien dat wat ze hadden afgeleverd niet in verhouding stond tot wat er werd uitgedeeld, ook te oordelen naar het bewijsmateriaal van de verzamelde restjes.
Dit is het verschil tussen iets doen met onze kracht zonder het vooraf aan Onze Moeder te geven voor onze toewijding, of iets doen door het aan Haar te geven. Als ik het doe zonder het aan te bieden, zal ik geloven dat de resultaten voortkomen uit mijn inspanningen en dat de eer mij toekomt. Als ik het aan de Moeder geef, zal ik een verdeling zien die niet in verhouding staat tot wat ik heb gegeven en die te overvloedig is, omdat hier zelfs de aangever ontvangt…
Dit is wat we elke dag zien in Proyecto Amor Conjugal, over wat er gebeurt met ons huwelijk, met ons gezin en met zoveel huwelijken die door de Moeder naar ons toe komen. Hier komen grote wonderen vandaan en ze zorgen ervoor dat we ons steeds meer bewust worden van hoe weinig we erin stoppen en hoe klein we zijn.

Geland in een getrouwd leven:

Petrus: Ik hou van je.
Marta en ik.
Pedro: Maar ik hou meer van jou.
Marta: Dat zeg je altijd, waarom zeg je dat?
Pedro: Omdat het waar is. Ik ben meer aanhankelijk met je, ik stoor je niet als je naar je ouders gaat, ik ben me de hele dag veel meer bewust van jou en je behoeften, en voor mij ben jij mijn leven, terwijl ik voor jou nog maar één ding ben van de vele waar u rekening mee moet houden.
(Een paar jaar later, na zijn bekering tot liefde)
Pedro: Vrouw, sinds we ons aan Maria hebben toegewijd, erken ik dat deze liefde die ik voor jou ervaar niet menselijk is. Het is niet van mij. God wilde mijn kleinheid opmerken en mij een liefde geven die mij overtreft, als getuigenis dat Hij het is die het doet.
Martha: Ik dank God heel erg dat Hij jou tot bemiddeling van Zijn genade heeft gemaakt. Het is een wonder om Zijn liefde onder ons te mogen beleven.

Moeder,

Bedankt dat je ons kleintje hebt omarmd en verfraaid voor God, en bedankt dat je ons in ruil daarvoor alles van Hem hebt gegeven. Dank u gezegende moeder.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *