EVANGELIE
Hij bracht de nacht door in gebed. Hij koos er twaalf uit, die hij ook apostelen noemde.
Een lezing uit het Evangelie volgens Lucas 6:12-19
Bij het aanbreken van de dag riep Hij zijn leerlingen bij zich en koos er twaalf leerlingen uit, aan wie Hij tevens de naam van apostel gaf:
Simon, aan wie Hij de naam Petrus gaf, diens broer Andreas, Jakobus, Johannes, Filippus, Bartolomeus,
Matteus, Tomas, Jakobus de zoon van Alfeus, Simon met de bijnaam `ijveraar’,
Judas de broer van Jakobus en Judas Iskariot, die een verrader werd.
Samen met hen daalde Hij af, maar bleef staan op een vlak terrein. Daar bevond zich een talrijke groep
van zijn leerlingen en een grote volksmenigte uit heel het joodse land, uit Jeruzalem en uit het kustland Tyrus en Sidon;
zij waren gekomen om Hem te horen en van hun kwalen genezen te worden. En die gekweld werden door onreine geesten vonden genezing.
Heel die menigte deed pogingen Hem aan te raken, want er ging van Hem een kracht uit die allen genas.
Jezus koos 12 apostelen uit zijn discipelen. De opvolgers van die 12 zijn onze Herders, de bisschoppen. We moeten begrijpen dat zij Gods uitverkorenen zijn om de kudde van elke lokale kerk te hoeden.
Het is niet aan ons om over hun beslissingen te oordelen, noch om te beoordelen of ze beter of slechter zijn. We moeten hen verwelkomen als Gods uitverkorenen en ons aan hen onderwerpen.
Zij van hun kant zullen de plicht hebben om de kudde te hoeden, en hiervoor zullen zij aan het einde van hun dagen verantwoording afleggen aan God, omdat zij de Goede Herder vertegenwoordigen, niet meer en niet minder.
Wij houden van en vertrouwen op priesters die geen kritiek hebben op hun bisschoppen en christenen die geen kritiek hebben op hun bisschop, omdat zij geloven in de bovennatuurlijkheid van Gods keuze en de kracht die Hij aan ieder geeft.
Marta: Ik hou van onze geestelijk leidsman, omdat hij alle situaties ziet vanuit het oogpunt van genade en goddelijke transcendentie.
Lewis: Ja, hij verdedigt altijd zijn bisschop en de paus. Als hij gelooft en vertrouwt in het ambt dat God hen heeft gegeven, dan is dat omdat hij ook gelooft en vertrouwt in de kracht die God hem als priester heeft gegeven en hij gelooft en vertrouwt in de kracht die God ons als echtgenoten heeft gegeven.
Martha: Dat klopt. Ik zie hoe hij me altijd leidt door te vertrouwen op de sacramentele genade die we hebben ontvangen en niet op zijn eigen ideeën. Dat geeft me veel zekerheid, omdat hij echt vertrouwt op de werking van de Heilige Geest. Het geeft me veel rust omdat we geleid worden door een echte herder van Christus.
Lewis: We danken God voor onze geestelijk leidsman.
Marta: Dank u Heer!
Moeder,
Dank u voor de herders die u op ons pad hebt gebracht. Ze zijn een zegen. Dank u, Moeder.