EVANGELIE
Jongeman, ik zeg je, hef hem op!
Een lezing uit het Heilige Evangelie volgens Lucas 7, 11-17
In die tijd begaf Jezus zich naar een stad die Nain heette; zijn leerlingen en een grote groep mensen gingen met Hem mee.
Hij was juist in de nabijheid van de stadspoort gekomen, toen daar een dode werd uitgedragen,
de enige zoon van zijn moeder, en deze was weduwe. Een groot aantal mensen uit de stad vergezelde haar.
Toen de Heer haar zag, voelde Hij medelijden met haar en sprak: ‘Schrei maar niet.’
Daarop trad Hij op de lijkbaar toe en raakte die aan. De dragers bleven staan en Hij sprak: ‘Jongeman, Ik zeg je: sta op!’
De dode kwam overeind zitten en begon te spreken, en Jezus gaf hem aan zijn moeder terug.
Allen werden door ontzag bevangen en zij verheerlijkten God zeggende:
‘Een groot profeet is onder ons opgestaan,’ en: ‘God heeft genadig neergezien op zijn volk.’
En dit verhaal over Hem deed de ronde door heel het joodse land en de wijde omtrek.
Woord van de Heer.
Onderdanig uit liefde.
We ontdekken in dit evangelie een “afhankelijkheid” van de Heer ten opzichte van ons. Het is liefde die Hem ertoe brengt Zich aan ons te onderwerpen – ongelooflijk! Maar wat voor liefde maakt dat een hele God zich aan zijn schepselen onderwerpt? Een liefde die voor mensen onverklaarbaar is, een liefde die alleen begrepen kan worden door de werking van de Heilige Geest. Hoe kunnen we anders dit “onderwerpt u aan elkaar in de vreze van Christus” begrijpen? Het is de grootste liefde die het mogelijk maakt dat de een “onderworpen” is aan de ander. Je kunt het lijden van je partner niet negeren, zoals Jezus doet. Je kunt Hem niet mishagen, zoals Jezus doet in Zijn onderwerping aan de Vader. Echtgenoten, onderwerp u aan elkaar als aan de Heer.
Gegrond in het huwelijksleven:
Manolo: Ik probeerde te ontdekken in hoeverre we één zijn, en ik heb me gerealiseerd dat, als de liefde van God tussen ons is, er niets van jou is dat mij niet beïnvloedt, er is geen kruis dat ik niet met jou deel, er is geen verlangen van jou dat mij niet uitdaagt, er is geen klacht van jou die mij niet tot in het diepst van mijn ziel raakt.
Nuria: Oh schat! Wat een mooie en diepe dingen zeg je tegen mij. Wie heeft jou gezien en wie ziet jou.
Manolo: Ja, dat is het, elke dag hou ik meer van je. Eerst leefde ik met jou, toen begon ik voor jou te leven en nu, steeds meer, met Gods hulp, ben ik in jou. Ik weet dat ik het vaak verpest, maar ik ben helemaal van jou.
Nuria: Ik weet het. Ik zie veel veranderingen in je en ik ben trots op je pad van heiligheid. Ik dank God hiervoor. Ik weet dat dit alles Zijn werk is, want zo’n verandering kan niet menselijk zijn.
Moeder,
Wat een impact heeft een onderwerping uit liefde. De Heer leerde het ons in zijn aardse leven en Hij leert het ons elke dag in zijn echte aanwezigheid in de Eucharistie en in ieder van ons. Lof zij onze Heer.