Evangelie van de dag
Een lezing uit het Heilig Evangelie volgens Matteüs 7, 7-12
In die tijd zei Jezus tot zijn leerlingen: Vraagt en u zal gegeven worden; zoekt en ge zult vinden; klopt en er zal worden opengedaan.
Want al wie vraagt, verkrijgt; wie zoekt, vindt en voor wie klopt, doet men open.
Of is er wel iemand onder u die zijn zoon een steen zal geven als hij om brood vraagt?
Of een slang wanneer hij vraagt om een vis?
Als gij dus, ofschoon gij slecht zijt, goede gaven weet te geven aan uw kinderen, hoeveel te meer
zal dan uw Vader die in de hemel is, het goede geven aan wie Hem daarom vragen.
Alles, wat gij wilt dat de mensen voor u doen, doet dat ook voor hen. Dat is Wet en Profeten.
Woord van de Heer.
De kip met het gouden ei.
Kijk, ik ga dit evangelie ook geloven. Wat voor goede dingen ik ook aan mijn Vader vraag, Hij zal het me geven. Maar ik heb één ding ontdekt: hoe hoger ik sta, hoe minder genaden ik ontvang. Het is duidelijk dat de Heer het niet nodig vindt om mij gaven te geven als ik op de kruk van mijn trots sta.
Dus vandaag ga ik de Heer vragen, niet om het gouden ei, maar om de gans die ze legt: om me toe te staan in alles de laatste plaats in te nemen en om me de genade te geven dat te verlangen. Ik geloof dat dit goed is en ik geloof dat mijn Vader het mij zal geven.
Toegepast op het getrouwde leven:
Carlos (in echtelijk gebed): Vandaag Heer, heb ik me op twee momenten veracht gevoeld door mijn echtgenote. De ene keer toen ze kritiek had op de manier waarop ik was opgevoed en de andere keer toen ze me tegensprak waar de kinderen bij waren. Ik dank U, Heer, dat U deze situaties hebt toegestaan om mijn hart te verruimen en het een beetje meer te openen zodat Uw genade kan binnenkomen.
Marta: Wat vraag je toch vreemde dingen in je gebeden, Carlos. Ik vind het moeilijk om je te begrijpen.
Carlos: Marta, je mist het grootste, namelijk om overspoeld te worden met Gods genaden. Ik begrijp dat vernederingen niet prettig zijn, maar je mag de kans niet missen om vervuld te worden van God. En er is maar één deur, en dat is vernedering. Maak jezelf klein zodat Hij groot in jou kan worden.
Marta: Zo gezien is dat heel logisch. Ik zal het proberen.
Moeder,
De Heer zag Uw vernedering aan en was daardoor in staat grote daden voor U te verrichten. Laten wij ons ook openstellen voor dit kanaal van genade, om de Heer in onze schoot te ontvangen. Prijs Hem voor altijd.