Evangelie van de dag
 
Een lezing uit het Heilig Evangelie volgens Matteüs 9, 35-10, 1. 5a. 6-8

In die tijd ging Jezus rond door alle steden en dorpen, waar Hij onderricht gaf in hun synagogen en de Blijde Boodschap verkondigde van het Koninkrijk en alle ziekten en kwalen genas.
Bij het zien van die menigte mensen werd Hij door medelijden bewogen, omdat ze afgetobd neerlagen als schapen zonder herder.
Toen sprak Hij tot zijn leerlingen: ‘De oogst is wel groot, maar arbeiders zijn er weinig.
Vraagt daarom de Heer van de oogst arbeiders te sturen om te oogsten.’
Hij riep zijn twaalf leerlin­gen bij zich en gaf hun de macht om de onreine geesten uit te drijven en alle ziekten en kwalen te genezen.
gij moet veeleer gaan naar de verloren schapen van het huis van Israël.
Verkon­digt op uw tocht: Het Koninkrijk der hemelen is nabij.
Geneest zieken, wekt doden op, reinigt melaatsen en drijft duivels uit. 
Voor niets hebt gij ontvan­gen, voor niets moet gij geven.

Woord van de Heer.

Kijk maar eens goed hoe.
 
Jezus begint de zending die de Vader hem heeft toevertrouwd aan zijn leerlingen over te dragen, omdat de oogst van God overvloedig is en de arbeiders schaars. Dat is wat hij vandaag in ons doet, vanuit onze roeping. De eerste en belangrijkste missie die Hij aan mij delegeert is om het koninkrijk van de hemel naar mijn echtgenoot te brengen, en de instructies die Hij mij geeft zijn als volgt: Genees hem, doe zijn ziel herleven als die verzwakt is, reinig zijn zonden, verjaag de demonen die hem of haar belagen. Onder zijn bevelen is er geen die is: beschuldig hem of haar, verwijt hem of haar, berisp hem of haar, doe hetzelfde met hem of haar om te zien of hij of zij zal reageren, blijf uit de buurt van je echtgenoot etc. Als ik hem of haar iets vertel en hem of haar niet genees of zijn of haar ziel niet laat herrijzen, of hem of haar niet help zichzelf te reinigen of zijn of haar demonen niet uitdrijf, dan kan ik maar beter tegen mezelf zeggen: Hou je mond! En vooral: doe het niet meer! Zoek goed de weg van de liefde, om een discipel en arbeider te zijn in de oogst van de Heer.

Toegepast op het huwelijksleven:
 
Mateo: Schat, vergeef me, want de laatste tijd help ik je niet om dichter bij de Heer te komen, in plaats daarvan maak ik het je moeilijk door je verwijten te maken en perfectie te eisen in je relatie met mij. Vergeef me Heer, want ik ben geen discipel van U om U te helpen in het hart van mijn echtgenote te heersen en ik zet haar aan tot kwaad door haar te irriteren met mijn zware lasten.
Mirjam: Het is waar dat jij het me deze dagen niet gemakkelijk hebt gemaakt. Ik dank je dat je dit erkent, want ik heb je nodig als mijn hulp om samen te komen tot de echtelijke liefde, waar ik zo naar verlang en wat Gods wil is. Maar ik heb het ook ervaren als een test van de Heer om mijn liefde voor jou te versterken. Mijn antwoord was niet goed en zo heb ik mijn kleinheid ontdekt. Het enige wat ik heb kunnen doen is het voor jou opofferen en God vragen me te helpen, omdat ik van je hou en alleen het goede voor je wil.
Mateo: Dank je wel, mijn leven. Ik vraag de Heer ook om mij bij te staan om de volgende keer jouw gepaste hulp te zijn. Moge Zijn liefde meer en meer onder ons aanwezig zijn.

 
Moeder,
 
Ik wil aan uw “kant” werken tegen het kwaad en opkomen voor mijn echtgenoot. We vragen dat we altijd in Uw Hart mogen zijn, zodat we in moeilijke omstandigheden dezelfde gevoelens hebben. Prijs de Heer die ons de kostbare en meest waardige missie toevertrouwt om over de ziel van onze echtgenoot te waken.